dinsdag 22 januari 2008

Geef mijn maar Amsterdam.

Al sinds een aantal jaar heb ik een bijbaantje bij de thuiszorg en dat bevalt me uitstekend. Een rode draad van leuke dingen ben ik vandaag op het spoor gekomen. Het zijn namelijk Amsterdamse oudere vrouwen. Dit klinkt misschien een beetje raar, maar tot nu toe zorgde het voor een prettige werkomgeving en de nodige arbeidsvitamine.

Bij een van deze vrouwen werkte ik afgelopen zomer. Nouja werken, van werken kwam niet echt veel, omdat ze continu zei dat het toch geen mannenwerk was en dat ik maar beter even in de kamer kon komen zitten om een kopje cappuccino (klinkt als: cappesjino) te drinken. Het Amsterdamse accent is zeer vermakelijk als de vrouw een beetje snel praat. Anders kan het nog wel eens als erg zeikerig overkomen, maar in dit geval is het alleen maar mooi en klinkt alles een stuk geiniger dan als iemand zonder accent het zegt. Zo beoordelen de Amsterdammers alles met termen die een normaal mens voor etenswaren zou gebruiken. Bijvoorbeeld: ik pak een emmer om de ramen te gaan lappen en dan zegt zij: 'zoo, lekker emmertje heh, die gebruik ik ook altijd'. (Bij alle citaten moet u trouwens een plat Amsterdams accent in gedachten nemen).

Vorige week was ik bij een andere Amsterdamse mevrouw aan het werk. Hier had ik nog nooit gewerkt, dus dan is het altijd een beetje de kat uit de spreekwoordelijke boom kijken en afwachten wat het wordt. De mevrouw van rond de 80 jaren oud oogde vriendelijk en verwelkomde mij in haar appartement. Direct vertelde ze me dat ze een beetje doof was, dat verklaarde ook het meer dan gemiddelde volume van haar stem. Meteen daarna bemoedigde ze me met de volgende woorden: 'Je heb wel moed om aan het werk te gaan bij die ouwe wijven'. Uiteraard vertelde ik haar, drie keer, dat dat wel mee viel. (het moed hebben dan, niet de leeftijd van de vrouwen). Na wat over en weer geschreeuw over koetjes en kalfjes ging ik maar aan het werk. Ze wilde graag dat ik het raam in de kamer ging lappen, want dan kon ze weer naar buiten kijken. (een bril heeft denk ik meer effect, maar alla). Als ik net aan het werk ben zegt (lees: roept) ze opeens: 'Bent u student?'. 'Ja dat klopt' zeg ik. 'Ja mijn zoon heb ook gestudeerd. Heb ik me 5 jaar de pleuris voor gewerkt en toen had ie een huis in Zwitserland en terug daarvan reden ze altijd in een stuk door, hij en die meid van hem. Hij had al lang gereden, maar toen zegt die meid: "Kan jij nog rijden ik lig zo lekker?". Hij natuurlijk hondsmoe, ziet ie de vrachtwagen niet. Hup, op slag dood, hond doormidden. Ja, wat een rotmeid heh! Erg heh? Ik zou d'r anvliegen en wurgen als ik d'r weer zag'. Mij in verwarring achterlatend ging ze weer verder waarmee ze zojuist gestopt was. Op zijn zachts gezegd was ik van mijn apropos gebracht door de kleine greep uit de levenshistorie van deze vrouw. Gelukkig leek de vrouw in het geheel niet aangedaan door dit verhaal en na een korte OMG/WTF-erlebnis aan mijn zijde ging ik ook maar weer aan het werk.
Na een theekransje met appelsap, biscuitjes en gespreksonderwerpen van een wat minder zwaar kaliber dan voorheen vertelt ze mij opeens dat ze bezig is met een boek te schrijven. Dat klinkt natuurlijk erg leuk en ik heb haar dan ook aangespoord om daar iets van te delen. Dit wilde ze maar al te graag, dus ze pakte een schriftje uit de la en een leesbril waar zelfs Bono verlegen van wordt. Vervolgens pakt ze eenzelfde soort bril, maar met slechts één pootje en houdt deze voor de andere reusachtige bril. Tijdens de voorleessessie van 20 minuten heb ik mij geen moment verveeld. Met luide stem en veel levendigheid las ze voor over haar leven vroeger in Amsterdam, waar ze had gewoond, waar ze had gewerkt, et cetera. Genieten was het om te zien hoe zij dit alles weer voor zich zag en dan ook gigantisch hard lachte, achterover in de stoel schoot en de benen in de lucht gooide als er iets grappigs was. Daarnaast zorgde ze ook voor de nodige commentaar tussen de regels door. Dan keek ze weer even op, keek me aan met ogen die door de bril toch twee keer in grootte waren toegenomen en zei ze: 'Kan je het geloven? Ja, je maakt wat mee'. Nog steeds ging dit alles gepaard met een plat Amsterdams accent en een hyperactiviteit waar menig ADHD-kindje niet aan kan tippen. Wat was het een leuke middag en voordat ik het wist waren de 3 uur al weer voorbij en stapte ik op mijn trouwe tweewieler om naar huis te gaan.

Ja, je maakt wat mee als betaalde huisman.

dinsdag 15 januari 2008

Sirene

Deze figuur uit de Griekse mythologie was een vrouw, die over een bijzondere gave beschikte, namelijk: mannen (lees: zeelui) betoveren met haar muziek, vooral zingen. Als je in het geluidsveld van deze mooie vrouw kwam, dan verloor je alle wilskracht en kon je je alleen nog maar in haar richting verplaatsen. Het gevolg was dat de boot waarin je voer ten pletter sloeg op de rotsen voor het eiland waarop zij zich bevindt. Tot nu toe is het alleen Odysseus gelukt om te ontsnappen aan de Sirenes door zich te laten vastbinden aan de vlaggenmast en de bemanning van zijn schip hun oren te laten vullen met watten. Geniaal natuurlijk! Je moet er maar opkomen.

De aanleiding voor deze korte vertelling is een hedendaagse artiest. Waarschijnlijk kent u hem wel, want hij vertoont gelijksoortige streken als de hierboven genoemde sirene en gaat door het leven onder de naam John Mayer. Van de sirene weet ik niet waarom mannen in de ban raakten van de muziek en daardoor alle wilskracht verloren, maar bij John Mayer is het meer dan duidelijk. Het is vreselijk saai en oninteressant. Elk nummer klinkt hetzelfde, vermoeiende muziek en zijn stem is saaier dan een 24 uurs marathon curling.
Dit klinkt misschien een beetje cru en lijkt op simpelweg azijnpissen of ouderwets Hollands zeiken. Maar dat is het niet. Ik heb een serieuze poging gewaagd om een aantal nummers van deze man te luisteren. Dat is op zich al een probleem, want of je valt in slaap of je bent zo verveeld dat je aandacht allang verplaatst is naar iets anders. Een klein verschil hier met de zingende schone uit de oudheid is dat je niet in de ban raakt van zijn muziek, maar je verliest wel degelijk alle wilskracht omdat het zo tergend saai is.
Om mijn woorden kracht bij te zetten zal ik hieronder een videofragment zetten voor een persoonlijke ervaring met deze 'popster'. (inderdaad er zijn mensen, ook in mijn omgeving, die zijn muziek serieus mooi vinden).




'John Mayer'
Bijsluiter:
PAS OP! Niet gebruiken in de buurt van kinderen onder de 3 jaar. Kan groei en ontwikkeling vertragen.
Niet luisteren als u last hebt van chronische vermoeidheid of als uw depressief bent. Kan effect in ernstige mate versterken. Als u narcoleptisch bent dan wordt het luisteren van deze muziek ten zeerste afgeraden, omdat u misschien nooit meer wakker zult worden.
Gebruik bij:
Stress, overmatige nervositeit, hyperventileren, slapeloosheid, ADHD, hoofdpijn, nek- en/of rugklachten, spierpijn.

Noot:
In sommige gevallen kan het luisteren van deze muziek de bevalling aanzienlijk vergemakkelijken. Eventueel bijverschijnsel is het geboren worden van een oersaai kind. (zie filmpje voor voorbeeld)

maandag 14 januari 2008

Creativiteit en aaibaarheid Ajacieden

Afgelopen zondag (13-01-'08) nam mijn goede vriend Pieter mij en Jesse (een andere goede vriend) mee naar de voetbalwedstrijd Ajax-Az (6-1). Nog nooit eerder heb ik mijn gezicht bij een sportgelegenheid als deze vertoond, maar ik was enthousiast en had erg veel zin in de middag die voor ons lag. In de auto probeerden we ons enigszins voor te bereiden door de welbekende supportersvocalen door te nemen, maar veel verder dan 'Daar hoorden zij engelen zingen' en 'Joduh' kwamen we niet. Misschien komt het door de diepreligieuze lading van deze gezangen.

We waren ruim op tijd dus na een bakkie zwarte klats en een broodje voor de beide heren zochten we onze plekken op. Omdat Pieter vrij laat de kaarten had gekocht waren er alleen nog plekken bovenin met beperkt zicht beschikbaar. 'Beperkt zicht ?', hoor ik mijzelf nog vragen. Al gauw kwamen we erachter dat het waarschijnlijk iets te maken had met de afscheiding die zich tussen ons vak en het vak ernaast bevond. Ondanks dat deze bestond uit een doorzichtig materiaal dat misschien voor glas versleten kon worden, maar u weet net als ik dat dan het olifant in de porseleinkast spreekwoord hier van toepassing zou zijn. Geen glasverzekering die zich daaraan waagt. Ik vond dat de wand goed stand hield gedurende de wedstrijd en prima dienst deed als ondersteunend beatwerk voor het gesproken woord dat van de tribunes klonk.

Naast dat het een wedstijd was om van te smullen, heb ik me ook prima vermaakt met de voorbij komende spreekkoren. Menigmaal kon ik een harde lach niet onderdrukken. Zelfs de F-side (daar zaten we schuin boven) verbaasde mij met een wat mij betreft nieuwe top-40 hit. Op de melodie van 'De zak van Sinterklaas':

De transfer van Alves, van Alves, van Alves.
De transfer van Alves,
ja jongens die is afgeketst,
miljoenen, miljoenen, miljoenen geen probleem,
maar Alkmaar, maar Alkmaar, daar wil toch niemand heen!

Naast dat ik eigenlijk elke keer moest lachen als er weer iets wonderlijks als 'Joduh!' voorbij kwam, vertrok op een gegeven moment mijn gezicht toch in een vraagteken. Ajax Amsterdam staat bekend als de ploeg die de naam van het, door God (van de Joden en de Christenen). uitverkoren volk claimt. Vandaar ook het veelvuldig scanderen van dit woord, maar op een gegeven moment begon een groep supporters naast ons te springen en daarbij te zingen: 'Wie niet springt, die is een Jood'. Door deze contradictie werd het mij in een keer glashelder: 'Sommige voetbalsupporters, althans die van Ajax, weten helemaal niet wat ze zingen!' Eerst roepen ze het over zich uit en vervolgens proberen ze letterlijk de dans te ontspringen. Verwarring alom. Voor sommigen speel ik hier natuurlijk 'captain obvious', maar let dan op de volgende chanson uit het repetoir van de Amsterdammers. Hier lijkt het toch dat ze zich iets aantrekken van de de campagnes en de dringende verzoeken van de voetbalclubs om afstand te nemen van discriminerende of kwetsende spreekkoren. Want als er iets gezegd moest worden van een individuele speler van AZ dan klonk het lieflijk: 'Sukkeltje, Sukkeltje, Sukkeltje'.

Bij deze nomineer ik Ajax supporters voor de Grammy voor de meest schattige spreekkoortekst.