maandag 25 februari 2008

Borsjtsjsschraper

Nee, dit gaat niet over Russische culinaire hoogstandjes, maar over taal en wel de Nederlandse taal. Normaliter houd ik mij veelal bezig met de zinnigheden van het Nederlands, maar nu wil ik het even hebben over de onzinnigheden. Nouja onzinnigheden, in ieder geval die dingen die geen direct doel dienen dan vermaak. Een aantal jaar geleden wees een vriend mij op een boek waarin is geprobeerd veel van deze onzinnigheden samen te voegen tot een 'geheel'. Hier heb ik het over Opperlans! 'Taal- & letterkunde' van Battus (pseudoniem van Hugo Brandt Corstius). Nu zullen sommigen bij het horen van de woorden 'taal' 'Nederlands' en 'boek' al afhaken, maar ik wil toch vragen om de de spanningsboog te spannen, omdat het hier om een heel bijzonder buitengewoon boek gaat.

Zoals ik al zei gaat het over taal, maar dan vooral over alle dingen die je nergens voor nodig hebt en nooit zult gebruiken, maar waarmee je op partijen en feesten nog wel eens leuk voor de dag kan komen. Hieronder zal ik een aantal van die dingen benoemen en uiteraard illustreren. Dit laatste kan soms lastig zijn, omdat het 676 bladzijden tellende boek geen inhoudsopgave of paginanummers heeft. (Inmiddels is er een uitgave mét inhoudsopgave verschenen, maar dat maakt het toch minder leuk en weerhoudt je ervan om er uren willekeurig in te bladeren. Wat natuurlijk het leukste is!) Ik heb de moeite genomen om even wat leuke dingen op te zoeken en een leuk roze papiertje tussen de bladzijden te doen zodat ik ze nu weer kan terug vinden.

Laten we beginnen met een verschijnsel dat voor veel mensen wel bekend is: het 'palindroom', woorden waarbij van links naar rechts en van rechts naar links hetzelfde woord te lezen is. Allom bekende voorbeelden hierbij zijn: 
lul, lepel, negen, levensnevel en met als klap op de vuurpijl: parterretrap. Dit waren wat voorbeelden die ik zo uit mijn hoofd nog wist, want zoals te verwachten was kon ik die bladzijde niet meer terugvinden. Gelukkig heeft Battus nog wel een andere leukigheid op dit gebied, namelijk de palindroom-zinnen zoals: 

Koop ik 'n ei, dan nadien kip ook 

of:

Reik 'n po maar door 'n rood raam, op 'n kier. 

Hierbij verwijs ik ook graag door naar de clip van Weird al Yankovic die onze geliefde Bob Dylan covert/parodieërt: http://youtube.com/watch?v=HZebiaZ9Ezk 
Hier laat hij een knap staaltje palindromiseren zien.

Een ander onderdeel dat we vinden onder het kopje 'Onthoofding'. Het gaat hier om de kunst om een zin te maken waar je van elk woord de eerste letter afhaalt, zodat er een andere zin ontstaat:

Gastronoom fluistert een klacht: nooit bleven Westlandse tomaatjes mals bengelen
Astronoom luistert en lacht: ooit leven Estlandse omaatjes als engelen

of:

Buren slachten nooit zelf koude dieren; géén slacht zelf leeuwen!
Uren lachtenn ooit elf oude Ieren; één lacht elf eeuwen!

Een andere bladzijde is gewijd aan 'Dubbelzinnen'. Zinnen die door verschuiving een andere betekenis krijgen. Naast het ietwat flauwe Jongleren moet je jong leren, moetje! staan er toch nog een paar mooie vondsten in.

Voor de politicologen:
De première is thans. Wie geld onder op het kabinet vindt kan beter.
De premier eist: Hans Wiegel, donder op, het kabinet vindt Kan beter.

Voor de topografielen:
'Help man', zei stomme Neel, 'de bisschop, nee: de bode, graven naar de nonnen.'
Helpman, Zeist, Ommen, Eelde, Bisschop, Neede, Bodegraven, Naarden, Onnen.

Dan is er nog Alfred Butts. Hij krijgt ook een plekje in dit mooie boek, want wie kent hem niet en wie is er niet bekend met zijn uitvinding uit 1931. Men neme een bord met 225 vakjes en 100 steentjes waarvan elke speler er 7 krijgt. Uiteraard heb ik het hier over het bordspel 'Scrabble'. Wat een prachtig spel is het toch. Naast een leuk informatief verhaaltje legt Battus ook even uit dat het spel voor Nederlanders het leukst is, omdat Nederlands een zogenaamde lijmtaal is. Dit houdt in dat elke mogelijke woordcombinatie in principe mogelijk en valide is. De kans op de 50-punten bonus die men krijgt als je met al je 7 stenen in één keer aan kan leggen is in Nederland ook beduidend groter dan elders. (Voor de Fransen is het volgens hem het minst leuk om te spelen, omdat het Frans de woordencombinaties mist)

Kortom een prachtig boek, waaruit ik nog honderden voorbeelden zou kunnen aanhalen, zo heb ik bijvoorbeeld de verschillende soorten alliteraties nog niet gehad of de verhaaltjes die alleen woorden bevatten met dezelfde klinker (bijv. Jan zag klaas staan...) of wist je dat als je alle letters van het alfabet nummert vanaf 100 (a=100, b=101, c=102 enz.) de naam Hitler op 666 uitkomt en je dus wetenschappelijk kan aantonen dat hij het ultieme kwaad is. Maar het leukste blijft toch om zelf het boek ter hand te nemen en er onbestemd in te bladeren. Heerlijk!

Wist je trouwens dat niet het woord 'angstschreeuw' (8) de meest opeenvolgende medeklinkers bevat, maar dat dat 'borsjtsjsschraper' (11) is?

woensdag 13 februari 2008

Young Urban Professional

Met enige regelmaat stap ik in de stoptrein van Utrecht naar Zwolle en probeer daar een plekje bij het raam te veroveren. Meestal ben ik aan het lezen of studeren, tenzij ik natuurlijk een leuke bekende tegenkom. Dit was afgelopen dinsdag niet het geval, dus ik verdiepte mij in mijn (secundaire) literatuur. Ik had plaats genomen in de wat kleine (± 6 x 4 zitplaatsen) benedenverdieping van de dubbeldekkertrein die al jaren het vervoer van Utrecht naar Zwolle (en vice versa) voor zijn rekening neemt.

Schuin tegenover mij nam een man van tegen de dertig plaats. Goed verzorgde man met bijbehorend pak. Al vrij snel pakt hij zijn telefooneer-unit uit zijn handige opbergtasje dat aan de riem is bevestigd die de pantalon op zijn plek houdt. Na het indrukken van enkele knopjes beweegt hij de 'unit' naar zijn oor toe. Hij heeft een vrouw aan de lijn die hij al een tijdje niet heeft gesproken, kan ik opmerken uit de eerste woordenwisselingen.

Persoonlijk ben ik niet zo'n fan van bellen in de trein, maar je moet wel eens wat afspreken en daaraan maak ik mijzelf ook wel eens schuldig aan, dus geen probleem. Na het gebruikelijke openingspraatje vraagt die kerel: 'Hee, maarruh hoe is het met jou dan?' Een innerlijke verzuchting van mijn zijde was het logische gevolg, want ik kan niet lezen als iemand keihard zit te bellen. Het was, zoals ik al zei, een vrij kleine coupé dus iedereen kon lekker meegenieten van het gesprek. Een aantal keer dacht/hoopte ik dat het gesprek afgerond ging worden. Maar nee hoor! Meneer moet ook nog even zijn eigen verhaal kwijt. Niet te geloven. Wat kan mij het schelen dat die vriendin van je een nieuwe liefde heeft gevonden! En dat je vrouw opnieuw gaat bevallen van, mag ik hopen, een kind! Ben dan wel geen Jochem van Gelder, maar ik weet zeker dat ook hij zich kapot zou ergeren aan deze verhalen over het wel en wee van kinderen.
Even ter indicatie van de martelgang: van Utrecht tot aan Amersfoort heeft deze man zitten bellen, dat is dus een dikke drieëntwintig minuten. En dan duren drieëntwintig minuten wel heel erg lang. Inderdaad, zelfs Lord of the Rings voelt minder lang.

Overigens was de man echt het stereotype yup (Young Urban Professional). Netjes, goed gekleed, grote persoonlijke ruimte (ruim zitten, meer plek innemen dan nodig is en zó hard en ongegeneerd telefoneren dat hij zich continu in jouw persoonlijke ruimte bevindt) en een taalgebruik dat getuigt van mogelijke intelligentie, maar die gepaard gaat met standaard zegswijzen als: 'Ja, je moet snel eens langskomen' en de nodige 'leuke', 'vlotte' Engelse woorden tussendoor.

Ondanks alle yuppie eigenschappen die deze man behelzen zijn er twee dingen die hem tot een andere categorie doen toebehoren namelijk: hij heeft partner en kinderen, de echte yup heeft geen tijd voor vrouw of gezin, want hij is bezig met carrière maken en zo veel mogelijk geld verdienen. Maar hierdoor liet ik me nog niet van de kaart brengen, want ook yuppen hebben soms behoefte aan de warmte en veiligheid van een gezinnetje. Dus ik vond dat ik hem nog steeds wel yup kon blijven noemen, totdat het moment daar was dat hij de trein ging verlaten en uitstapte op station Amersfoort-Vathorst. Voor tien seconden hield ik mijzelf voor dat hij dan wel een ysp (Young Suburban Professional) moest zijn, maar ja, yup bekt toch lekkerder.